Realiseren van een betrouwbare, betaalbare en veilige energievoorziening, die in 2050 CO2-arm is, en de daarvoor benodigde hoofdinfrastructuur
Vitale functies in de maatschappij zijn afhankelijk van een betrouwbare toelevering en uitwisseling van energie. Voor iedereen moet deze energie betaalbaar zijn. Energie moet veilig worden opgewekt, gewonnen, getransporteerd, opgeslagen en gebruikt. Om de afgesproken doelen uit het Klimaatakkoord van Parijs[1] te halen en 95 procent minder uitstoot van broeikasgassen te realiseren in 2050 (ten opzichte van 1990), is een transitie naar een CO2-arme energievoorziening noodzakelijk. Daarnaast is de energietransitie ook in geopolitiek opzicht van belang en draagt, afhankelijk van de alternatieve energiebron, bij aan een gezondere leefomgeving. We moeten energie besparen en onze energievoorziening verduurzamen, zodat we de uitstoot van broeikasgassen kunnen terugbrengen. Het landelijke en Europese transportnetwerk van elektriciteit zal zich verder ontwikkelen om de energietransitie te kunnen faciliteren. Hoogspanningsverbindingen van 110 kV en hoger behoren tot het landelijk hoogspanningsnet. Tegelijk vormt conventionele energie de komende decennia nog steeds een belangrijk onderdeel van ons energiesysteem. Ook de ruimtelijke ordening van de ondergrond is daarbij belangrijk voor conventionele (winning, opslag en transport van olie- en aardgas) en nieuwe energiedragers (bodemenergie zoals geothermie (waaronder warmtekoudeopslag) en transport en opslag van CO2 en waterstof). De hoofdinfrastructuur voor opwekking, winning, conversie, opslag en transport van energie is onderdeel van dit nationale belang.
Toelichting nationaal belang
Opgave
Een CO2-arm energiesysteem vergt meer ruimte dan een fossiel systeem en vraagt ingrijpende aanpassingen in onder meer het warmte- en elektriciteitssysteem, zowel boven- als ondergronds. Dit zet de robuustheid van het energienetwerk onder druk. Het koppelen van vraag en aanbod is hierbij een aandachtspunt. De opgave is dan ook het waarborgen van een betrouwbare, betaalbare en veilige energievoorziening, het vervangen van fossiele energiebronnen door duurzame bronnen (inclusief besparing), de aanpassing van de netwerken voor warmte, gas en elektriciteit en het inpassen en zoveel mogelijk beperken van de ruimtebehoefte voor opwekking, conversie, opslag en transport van energie. Hierbij zal oog moeten zijn voor (digitale) beveiliging tegen ongewenste invloeden van buitenaf.
Toelichting opgave en kaart
Rijksrol
De rol van het Rijk is tweeledig. Ten eerste gaat het om de voorwaarden te scheppen waaronder winning, opwekking, transport, conversie, opslag en gebruik van energie, alsmede het afvangen en opslaan van CO2, betrouwbaar, betaalbaar en veilig kunnen plaatsvinden. Ten tweede om het tot stand brengen van de energietransitie zeker te stellen. Dit geldt zowel op land als op zee, en heeft betrekking op de bovengrond en op de ondergrond. Het Rijk werkt hierbij nauw samen met de decentrale overheden, maatschappelijke organisaties en andere betrokkenen. Dit komt onder meer tot uitdrukking in het nationale Klimaatakkoord[2]. De rol van het Rijk uit zich onder meer in het vastleggen van doelstellingen voor de reductie van broeikasgassen en het stellen van voorwaarden en aanwijzen van gebieden voor energie-activiteiten, na afweging met andere belangen.